Interview: Hoe twee werkwerelden één werden
5 jaar geleden begon Bart onder de naam Ord’us als declaratiespecialist. Een passend moment om terug te blikken op het afgelegde pad om tot dit punt te komen. In een serie korte interviews vertelt Bart over de ontwikkeling van Ord’us en zichzelf.
In het eerste interview kijkt Bart terug op de totstandkoming van zijn bedrijf Ord’us en de Optimaal Declareren training. We vragen hem allereerst naar het ontstaan van zijn bedrijf. Want hoe is Ord’us tot stand gekomen?
De huisartspraktijk
Het interview begon bij het moment waar Bart voor het eerst in aanraking kwam met het fenomeen huisartsenpraktijk. “Na mijn zesjarig dienstverband bij Deloitte, waar ik opereerde als managementconsultant, was ik enige tijd zelfstandig. In die tijd nam ik geregeld een kijkje in de keuken van de huisartspraktijk van mijn vrouw. Sinds 2002 is ze praktijkhouder van de huisartspraktijk in Obbicht. Het financiële gedeelte van de praktijk wekte al snel mijn interesse. Ik was vooral benieuwd naar de verschillende geldstromen binnen de huisartspraktijk. Je ziet dat er veel geld binnenkomt, maar ook veel geld weggaan.”
‘Goed’ declareren is niet goed genoeg
Bart was, vanuit zijn achtergrond als econoom en accountant, altijd op zoek naar optimalisatie van het financiële resultaat. Dit begon voor hem bij het declaratieproces van de praktijk. “Ik dook in het dagelijks declaratieproces van de huisartspraktijk en ik vroeg aan mijn vrouw hoe het declareren in zijn werk ging. Mijn vrouw concludeerde al snel dat de huisartspraktijk goed declareerde.” Wie Bart kent, weet dat hij niet snel genoegen neemt met ‘goed’. De cijfers zijn daarin voor hem leidend. “Nou, dat moet je nu net tegen een accountant zeggen. Ik zei tegen haar, laat maar zien!” En zo geschiedde.
Wat bleek? Hetgeen dat Bart zag in de cijfers, werd bevestigd. “Het antwoord van mijn vrouw over het goed declareren was een reflectie van haar gevoel, maar niet op feiten gebaseerd. Ik kwam er al snel achter dat declareren binnen het team niet de aandacht kreeg die het verdiende, het declaratieproces niet op de agenda stond en de Declareerwijzer niet vaak werd gebruikt. Toen ik samen met mijn vrouw de individuele declaraties ging bekijken, bleek dat niet alle geleverde zorg werd gedeclareerd en de huisartspraktijk dus inkomsten onbenut liet.”
Toeval bestaat niet
Er begon direct een lampje bij Bart te branden. “Ik wist dat ik iets treffends te pakken had. Feitelijk ben ik dus per toeval in het declaratieproces gerold van de huisartspraktijk van mijn vrouw.” Met zijn kennis van trainen en kennis over cijfers begon het thema ‘declareren’ meer structuur en logica te krijgen in de eigen praktijk. “We begonnen het meer en meer over financiën te hebben, want dat was eerst geen onderwerp van gesprek.”
Twee werelden ontmoette elkaar
Zo kwamen de werkwerelden van Bart en zijn vrouw steeds dichter bij elkaar. “De aandacht en de tijd die we besteedde aan het dagelijks declareren, vertaalde zich in betere financiële cijfers. Simpelweg in meer inkomsten uit consulten en verrichtingen. Het declaratieproces binnen het team ontwikkelde zich in rap tempo en we zagen dat er steeds minder geld bleef liggen voor zorg die we wel leverden. Dit was ook het moment dat ik mezelf ging afvragen of dit bij andere huisartspraktijken ook een punt van aandacht was. Toen heb ik een bekende benaderd die werkzaam is bij een andere huisartspraktijk met de vraag of ik daar een training mocht geven over declareren. Het lukte mij om de praktijkmedewerkers bewust te maken van het declaratieproces. Zo had de training vrij snel een positief effect op de geldstromen. Declareren is een essentieel onderdeel van de praktijkvoering.”
Bart vervolgd: “Als ik kijk hoe onze eigen praktijk zich heeft ontwikkeld de afgelopen jaren door optimaal te declareren, dat gun ik elke andere huisartspraktijk zeker ook.”
In het volgende interview licht Bart alle ins en outs toe van zijn Optimaal Declareren training.